Het recht van de agressiefste

Er is in Nederland meer steun voor boerenprotesten dan voor klimaatacties. Daar is niet één aanwijsbare reden voor. Het zal een samenspel van verschillende dingen zijn, die per persoon verschillen.

Slechts één van die dingen waar dat mee te maken heeft, is ‘de inhoud’. Waar wordt nu eigenlijk precies voor of tegen geprotesteerd? Op basis van welke feiten? Hoe denk ik eigenlijk zelf over deze kwestie?

Eerst kiezen. Dan pas argumentatie

Alsof het gaat om een voetbalclub, kiezen we eerst een zijde (voor of tegen de protesterende boeren) en daarna gaan we de feiten zoveel mogelijk uitleggen in het voordeel van deze zijde.

Dat is geen nieuw inzicht. In 1945 schreef Orson Welles het essay ‘Notes on Nationalism’ waar het rationele vermogen van de mens ernstig in twijfel wordt getrokken; “The nationalist does not go on the principle of simply ganging up with the strongest side. On the contrary, having picked his side, he persuades himself that it is the strongest, and is able to stick to his belief even when the facts are overwhelmingly against him.”.

Ik betwijfel of mensen die zeggen de boerenprotesten te steunen, of zeggen de klimaatacties niet te steunen, überhaupt op de hoogte zijn waar voor of tegen geprotesteerd wordt. Extinction Rebellion heeft dat goed in de gaten. De klimaatacties zijn een middel, niet het doel. Steun voor de acties op zichzelf is niet zo belangrijk. Als het maar leidt tot aandacht voor het klimaat, voordat we ons realiseren dat het te laat is.

‘De politiek’ als veilige boosdoener

Voor de boeren ligt dat waarschijnlijk anders. De boeren protesteren namelijk voor zichzelf. Niet voor een hoger doel als ‘het klimaat’. Publieke steun is voor hen belangrijk en daarmee is het ook belangrijk dat zij als slachtoffers worden gezien. Slachtoffers van ‘de politiek’ liefst omdat dat nu eenmaal een veilige boosdoener is.

Wat opvalt, is dat klimaatactivisten weliswaar hinderlijk zijn, maar zij laten zich altijd netjes afvoeren door de politie. Zonder geweld, zonder bedreiging. De eventuele soep kun je gewoon van het ruitje voor de Mona Lisa afpoetsen. De boerenprotesten gaan ondertussen gepaard met onder andere geweld, intimidatie en vernielingen. Zij verzetten zich tegen arrestatie, bedreigen politici, maken dingen permanent stuk en brengen anderen in gevaar. Best vreemd dat hier steun voor is. Bizar dat deze steun blijkbaar zelfs groter is dan die voor protesten die onze democratie niet proberen te ondermijnen.

Als agressie werkt…

Het gaat mij nu niet om waar voor wordt geprotesteerd, maar hoe er wordt geprotesteerd. En dan is het zorgelijk dat er steun is voor de protesterende agrariërs. Politici laten zich begrijpelijkerwijs ook beïnvloeden door de publieke opinie. Wat in dit geval betekent dat niet op basis van bijvoorbeeld argumentatie, debat en zorgvuldige afweging wordt besloten. Je krijgt je zin door de agressiefste te zijn. Wat er enkel toe leidt, dat je je de volgende keer nóg agressiever op zult stellen. Of je nou gelijk hebt of niet.

Hoe hinderlijk klimaatacties ook mogen zijn, de activisten maken gebruik van de mogelijkheden binnen de rechtstaat. En wanneer ze over het lijntje stappen, accepteren ze de gevolgen. Maar iedere handreiking richting de protesterende boer houdt, als direct gevolg van de wijze van protesteren, een levensgroot gevaar in van uitholling van die rechtstaat en de democratie. Steun gerust de boer, maar niet de protesten.

Vleesvervangers

Ik had vandaag een nogal vermoeiend gesprek met een vleeseter. Nu eet ik zelf ook vlees, maar in tegenstelling tot deze vleeseter zie ik dat niet als een belangrijk onderdeel van mijn identiteit. Hoe vermoeiend was dat gesprek? Nou, het argument “Omdat die vleesvervangers allemaal op vlees moeten lijken eet ik het niet!” werd gebruikt. “Ze moeten wat anders bedenken. Want deze smakeloze dingen zijn net karton. Vol met toegevoegd zout en E-nummers.”

Aldus de gebrekkige logica van de vleeseter die een luide muur van assertiviteit optrekt om de schaamte te verbergen. Maar daar gaat dit stukje niet over. Dit stukje gaat niet over de vleeseter. Dit stukje gaat over mij. Ik heb besloten mezelf te ontmaskeren. Omdat ik het niet meer aan kan om dat non-argument nog langer te verdragen. 

Het is namelijk mijn schuld. Ik ben die halfslachtige nep-vegetariër die héél graag wil dat vleesvervangers zo veel mogelijk op vlees lijken. Qua bereiden, qua geur, qua structuur, qua smaak. Qua alles eigenlijk. Nou ja, behalve qua prijs. Er gaat niemand dood, dat mag minder kosten lijkt me.

Ik ben namelijk gek op vlees. Vlees smaakt geweldig, ruikt fantastisch, voelt geniaal in de mond. Hoera voor vlees. Maar ja, dode dieren hè. Mishandelde, gemartelde en afgeslachte dieren. En een aarde die langzaam sterft, grotendeels doordat wij al die dieren zooi voeren en zij dat uitpoepen tijdens het doodgemarteld worden. Dat komt eerlijk ook wel een beetje binnen bij me.

Het gezondheidsargument kan me gestolen worden. Al valt me op dat de bronnen die stellen ‘vleesvervangers zijn gezonder’ net iets betrouwbaarder, onafhankelijker en degelijker zijn dan de bronnen die het tegendeel beweren.

De vleeseter weet deze dingen ook wel. Maar om dan toch stug door te kauwen op een lijk, dan heb je een afweermechanisme nodig. Een argument als “het komt doordat het op echt vlees lijkt. En alleen sukkels eten dat.” volstaat.

Dan maar een sukkel. Ook al is er nu geen echte reden meer om nog voor een kroket met sterfte erin te kiezen, of een schijfje voormalig beest in je hamburgerbroodje; er kunnen mij niet genoeg alternatieven zijn. Iedere innovatie probeer ik.  En iedere terugval die ik heb wanneer ik de verleiding om toch een karkas in mijn mond te stoppen niet kan weerstaan, die draag ik. Ik doe mijn best, maar ben niet perfect. Ik heb geen goedkeuring van puristen nodig. 

Afbeelding gemaakt met Adobe Firefly

Maak relatietherapie gratis

Een paar dagen geleden had ik het over de tegeltjeswijsheid: voorkomen is beter dan genezen. En dat het belangrijk is om je te realiseren dat het gros van de mensen er liever een gezonde dan een ongezonde leefstijl op nahoudt. Maar dat blijkt in de praktijk vaak lastig. Daarom is een beetje hulp van de overheid gewenst.

Met ‘gezonde leefstijlcampagnes’ kun je als overheid de burger helpen om zich te gedragen op de manier die ze het liefste zouden willen. Zie het als een stukje tegenwicht tegen de verleidingen van de vrije markt die nu eenmaal meer aan de consument kan verdienen wanneer deze er een ongezondere leefstijl op nahoudt. Want de kosten die daarmee gepaard gaan, die hoeft de vrije markt niet te betalen, die kosten zijn dan weer voor de gemeenschap. De tegeltjeswijsheid van het neoliberalisme is dan ook in goed Engels; “Privatising the gains, socializing the losses.” Oftewel, de samenleving draait op voor de kosten en wij pakken de winsten.

Het mes dat aan twee kanten snijdt

Wat de uiteindelijke samenstelling ook wordt, een nieuw kabinet gaat alles straks heel anders doen. Men gaat weer ‘zorgen voor de burger’. Dat moet ook wel, want de zorgkosten zijn straks niet meer op te brengen. Het mes snijdt aan twee kanten: de burger is gezonder en gelukkiger én het zorgsysteem staat minder onder druk. Maar deze benadering is nog ergens anders toe te passen: de woningmarkt.

Net zoals er meer mensen aanspraak maken op zorg dan er zorg beschikbaar is, maken in Nederland ook meer mensen aanspraak op een woning dan er woningen beschikbaar zijn. De oplossingen die je tot nu toe hoort zijn nogal van dik hout zaagt men planken (meer bouwen, immigranten tegenhouden… lui denkwerk.) en mist de finesse van dat aan twee kanten snijdende mes.

Erg CDA

Waar kun je de kloof tussen vraag en aanbod namelijk nog veel meer mee dichten? Door babyboomers sneller uit hun riante met overheidssubsidie gefinancierde vrijstaande huizen richting gelijkvloerse appartementen te geleiden inderdaad. Ook dat is een mes dat dubbel snijdt, maar dan aan twee keer aan dezelfde kant: meer woningen en mensen kunnen langer ‘thuis’ blijven wonen. Maar we zoeken een mes dat aan twee kanten snijdt. Als je dan kijkt naar de enorme hoeveelheid eenpersoons huishoudens en de woningvraag die daaruit voortkomt. Dat zou aanzienlijk schelen. En de drama’s die zich afspelen achter de triplex deuren van de stacaravans waar de vers gescheiden ouders zich bevinden zijn ook niet mals. Het is vast heel erg CDA van me, maar zouden we er als samenleving niet goed aan doen om te investeren in goede, duurzame relaties tussen ouders van gezinnen met (jonge) kinderen? Niet meer dat makkelijke ‘het ging niet zo lekker’, maar gewoon er met elkaar aan werken om het leuk te houden samen. En reële verwachtingen hebben. Want natuurlijk wordt dat verliefde gevoel na twintig jaar minder.

Woningcrisis oplossen? Relatietherapie gratis maken.

Ouders die bij liefst gelukkig, maar minimaal tevreden elkaar blijven zijn beter voor de woningmarkt, zéker beter voor de kinderen en ook beter voor de partners zelf. Maar daar is misschien wel wat hulp bij nodig hier en daar. Dus in plaats natuurgebieden volstorten met beton of een fascistisch buitenland beleid te voeren, zou een kabinet er wel eens beter aan kunnen doen om relatietherapie gratis te maken. Gewoon in het basispakket voor iedereen. Voorkomen is uiteindelijk beter dan genezen.

De verkiezingsuitslag is een kans

Het is misschien moeilijk om niet boos te zijn op PVV-stemmers, maar hoogstwaarschijnlijk waren de meesten van hen niet gemotiveerd door intolerantie. Eerder door angst. Velen hebben het gevoel dat alles om hen heen instort: inkomen, zorgsysteem, huisvesting, energie, armoede onder werkenden. De ‘bestaanszekerheid’ thema’s dus. 

In de campagne begonnen onze neoliberale vrienden te schreeuwen dat dit allemaal werd veroorzaakt door migratie (lees: niet door hen). En aangezien er geen effectieve reactie kwam van de progressieve vleugel, domineerde dit onderwerp de media. Dat was op zichzelf al absurd. Migratie is eigenlijk geen probleem, de VVD heeft dit tot een probleem gemáákt. Veel (de meeste) kiezers volgen de debatten niet echt. En al volg je ze wel, want onthoud je er nou eigenlijk van? Veel kiezers willen alleen met hun stem ‘een statement’ maken om te laten weten dat ze ontevreden zijn. Over van alles. Maar eenmaal in het stemhokje herinneren ze zich alleen ‘migratie’.

De mensen met het overschot aan vermogen en macht hebben de aandacht van henzelf afgeleid. En dus ook van hoe ze de omstandigheden hebben gecreëerd, waar de populistische kiezers worden nu tegen in opstand wil komen. Ze legden de schuld bij de meest kwetsbare groep, maar waren daarin iets te succesvol. Misschien ook omdat ze beter weerwoord hadden verwacht van de progressieve kant. Maar daar waren ze te druk bezig om kiezers bij elkaar weg te kapen. Pas gisteravond, na de uitslag, zagen we voor het eerst een gepassioneerde Timmermans.

De strategie om vooral de PVV niet te willen werkte dus niet. Het is voor de progressieve partijen nu tijd om te vertellen wat ze wél willen. Bevlogen, begrijpelijk en met durf. Ga niet alleen voor de kwetsbare groepen staan, maar ook tegenover de te machtige, te vermogende klasse.

Om mr. Miyagi te parafraseren: Er zijn geen verliezers bij verkiezingen. Je wint, of je leert.
Deze uitslag is een kans.

Afbeelding gegenereerd door Adobe Firefly.

‘Niet’ geeft geen richting

Er was een tijd dat ik wekelijks meerdere uren op een mountainbike doorbracht. Ik heb er geen uitzonderlijk talent voor, maar het is een prachtige manier om in de natuur te zijn. Met een mooie mix van sensatie en fysiek afzien. Beide afhankelijk van hoe hard je je best doet.

Een vriend van me heeft wél talent voor op een mountainbike zitten. Überhaupt is het iemand die je gewoon op een fiets moet zetten om zich te vermaken. Wij fietsen samen op de Amerongse berg, op de Utrechtse Heuvelrug. Prachtige omgeving met mooie grote bomen. Geen enorm lastig rondje, maar wel met wat langere beklimmingen en soms technische afdelingen. Natuurlijk was hij heuvel op sneller, van het fietsen op de weg was allang duidelijk dat hij zich zowel horizontaal als diagonaal omhoog een stuk sneller kon verplaatsen dan ik. Maar ook heuvel af lukt het me niet om hem bij te houden. Dat verraste me dan weer wel.

De eerste ronde reed ik voorop, het tweede rondje reed ik achter hem aan. Wanneer we ergens boven waren hield hij even in. Bij de laatste afdaling naar beneden -over een bospad waar ik al veel vaker had gereden dan hij- zag ik hem, moeiteloos en ontspannen, steeds verder van me wegfietsen. Vermoeidheid was het niet, maar hoe ik mijn best ook deed, ik hield hem niet bij. Beneden aan de afdaling stond hij al naast zijn fiets toen ik remde. “Hoe ben jij in vredesnaam zo snel beneden?” vroeg ik. Hij paktie zijn bidon, nam een slok en zei, “Jij bent de hele tijd om boomwortels en kuiltjes heen aan het rijden, terwijl je naar het einde van het pad moet kijken. Daar moet je heen. Niet zoveel bezig zijn met wat je niet wil, want ‘niet’ geeft geen richting. Je moet bewust naar het eind van de het pad fietsen, je automatische systeem zorgt er wel voor dat je die kleine obstakels ontwijkt.” Hij deed zijn bidon terug op de fiets en reed naar de auto.

Dat was de dag dat ik zowel een fietsles als een onbedoelde levensles kreeg.

Nu je hier toch bent: Waarom moet je eigenlijk niet strategisch stemmen?

Afbeelding door Adobe Firefly.

Wil je dat jouw stem minder waard is? Ga strategisch stemmen.

Het is hartstikke mooi dat je in Nederland mag stemmen op iedereen die zich verkiesbaar stelt. En om wat voor reden dan ook. Of dat nou is vanwege de politieke ideeën of omdat iemand je aan je overleden oma doet denken. Een specifiek soort stem is de ‘strategische stem’. Als je ‘strategisch stemt’, stem je niet op degene die je voorkeur heeft, maar op iemand anders. Omdat je denkt dat de stem op een ander tot een gunstiger eindresultaat leiden.

Aan strategisch stemmen kleeft wel een enorm groot nadeel. De strategische stem is namelijk minder waard dan een reguliere stem. Er zijn zelfs meerdere manieren waarop die waardevermindering plaats vindt:

  1. Je sluit al een compromis vóórdat je je stem uitbrengt. Je neemt dus al genoegen met minder nog voordat de verkiezingsuitslag bekend is.
  2. Je kan je -strategische- overweging niet toelichten. Het is dus onbekend welk compromis jij bereid was te sluiten. Dat wordt naderhand ingevuld door journalisten en columnisten. En door politici zelf die een betekenis zullen gaan zoeken die hen het beste uitkomt.
  3. Als kiezer heb je maar één methode om politieke invloed uit te oefenen; jouw stem. De partij waar jij op gaat stemmen heeft vele manieren om met jouw stem dingen voor elkaar te krijgen. Laat dat compromissen sluiten dus liever aan jouw voorkeurskandidaat over.

De proteststem. Zelfs nóg minder waard.

Een speciale categorie strategische stemmer zijn de proteststemmers; Stemmers die dat ene moment van directe politieke invloed gebruiken om te laten horen dat ze het er niet mee eens zijn hoe het nu gaat. Ook daar voor geldt dat het niet helder is wáár je het dan precies niet mee eens bent. En dat journalisten en politici dan zelf voor jou gaan invullen wat je met jouw stem bedoelt. Deze stem is zelfs op nóg een manier minder waard. Dit soort proteststemmen gaan naar nieuwe anti-gevestigde orde partijen. Met alle gedoe van dien; een instabiele organisatie, slecht gescreende kandidaten. Eigenlijk is het enige dat de kiezers en kandidaten bindt: wij zijn er tegen. Waartegen precies is dus onbekend en hoe het dan wél zou moeten al helemaal.

Wat je ook ziet: tegenstemmers rennen zo van de ene kandidaat naar de andere. Ook nu weer zien we dat van de overweldigende winnaar van de vorige verkiezingen bij deze verkiezingen vrijwel niets over blijft. En wie vertegenwoordigen die volksvertegenwoordigers van de vorige verkiezingen dan eigenlijk nog? Wat kunnen zij nog voor elkaar krijgen als nu al helder is dat al die mensen die de vorige keer op hen gestemd hebben het bij nader inzien toch eens zijn met die ander?

Stem vóór jouw idealen.

Het is mooi dat je in Nederland mag stemmen op wie je wilt en waarom je wilt. Maar het is goed om te beseffen dat de strategische stem  en vooral de proteststem uiteindelijk minder waard blijken dan de reguliere stem. De enige proteststem is de blanco stem. Voor al het andere: stem ergens vóór. Niet op wat je niet wil, maar op wat je wél wil. Bekijk welke partij de kant op wil die jij ook wil. En geef daar je stem aan. Laat de politici onderhandelen over wat je wil, en niet over hoe zij uitleggen wat jij wel eens bedoelt zou kunnen hebben wellicht. En geef extra punten aan partijen die hun plannen hebben laten doorrekenen omdat dat de enige manier is om een beter oordeel te kunnen geven over de haalbaarheid.

Het resultaat van november 2023

De verkiezingsuitslag van november 2023, een paar dagen nadat ik deze blog schreef, laat een flinke overwinning van de PVV zien. Het zou makkelijk zijn om die stemmers weg te zetten als intolerante vreemdelingenhaters. Maar ik denk dat dat niet aan de hand is. Volgens mij zijn dit mensen die zich in de steek gelaten voelen door het systeem. Hetzelfde systeem dat hen wijs heeft gemaakt dat ‘migratie’ onze grootste uitdaging is. Omdat de mensen met macht en vermogen migratie belangrijk maakten zodat de aandacht niet op hen zou worden gevestigd. De progressieve partijen hebben hier geen goed, gepassioneerd weerwoord op gegeven en dus zijn de media hierin mee gegaan. Er is vooral veel gestemd op dingen die we niet willen. Niet op waar we wél heen willen. Dat is een belangrijke les voor de volgende keer.

SRHR, behaviour change & using AI. Today.

In the field of SRHR (Sexual & Reproductive Health and Rights) we should be used to the concept of “Everyone says they’re doing it, but they’re actually not. Or not really.”.  But we often forget that mechanisms like this are neither specific to teenagers, nor to sex. It is common human behaviour and we also see it when it comes to AI in our own professional domains like health promotion, the NGO sector or SBCC (Social & Behaviour Change Communication). Just like the cool kids in High School are the ones who claim sexual successes in Hollywood scripts, cool NGO’s and social enterprises claim AI successes in presentations and LinkedIn posts.

The holy grail of SBCC
If there were a holy grail of SBCC , I think that holy grail would be ‘mass personalisation’. Traditionally, interventions either target individual behaviour or behaviour of large groups. Those individual interventions can be much more effective in achieving actual and lasting change, but they are also hugely expensive in case you want to achieve change within groups or even societies. Interventions using mass media on the other hand are much more affordable if you want to reach an entire population, but the effect on individuals is much lower (if you can measure it at all). It’s SBCC’s own uncertainty principle; it’s either one or the other, never both.

At least; that always used to be the case. Artificial Intelligence, in theory, makes it possible to create a personal behaviour change intervention for everyone. The only limitations seems to be sufficient computing power and sufficient energy. And both those conditions will most likely be met in the near future.

It’s probably not AI
Healthcare systems all over world face enormous challenges, especially when it comes to capacity. Self care and prevention will only become more important if we want to keep healthcare accessible for people who need it. Considering both this, and the theoretical potential of AI, it’s not surprising that so many efforts are being made to try and develop mass personalized, AI-based interventions. And seeing how much is at stake, it is also not surprising that many claim successes, which on second glance are false, incomplete and/or premature.

There is a step that comes before mass personalisation, which is mass customization. A mass customized intervention is not for ‘everyone’,  but it is tailored for a specific group. Typical examples of mass customized interventions use social media (and/or ‘influencers’) or chatbots. It is extremely likely that when you hear of AI being successfully used in SRHR promotion, it is for either one of these two. ‘We have developed a chatbot that uses AI to provide personal coaching’ or ‘We are using AI to directly communicate with high-risk populations on social media.’ It is also extremely likely that the preventative health intervention that is being talked about is not really using AI at all. It’s probably machine learning.

Machine learning
If you are more of an AI professional than an SBCC and/or SRHR professional, then this blog is probably not for you anyway. But for everyone else, even though the terms ‘AI’ and ‘Machine Learning’ are being used interchangeably a lot nowadays, they are not the same thing. AI imitates actual intelligence.

Machine learning is one of several methods that AI can use to achieve that. Machine learning works by recognizing patterns from data. And while this machine learning is still extremely complex and sophisticated, the way machine learning is being used in SBCC is similar to the way YouTube uses it to recommend you a video. Predicting what you might watch, based on your measurable past behaviour. So, if you ask a chatbot several questions about a certain topic, you will most likely be interested in certain other information we have to offer. And the longer you use the chatbot, the more of your actions are collected. And the better the chatbot will be able to predict what kind of information you need and want.

Impressive as this already is, predicting new content on the basis of your interaction with past content, is not always sufficient anymore to get an oral presentation, LinkedIn likes or even funding. Machine Learning is yesterday’s news, using AI sounds way more interesting.

ChatGPT & Large Language Models
What is generally seen as the most advanced application of AI, ChatGPT, is actually also not ‘AI’. ChatGPT is based on a so-called Large Language Model (LLM), which is a form of Machine Learning. LLM’s are very advanced, and specifically based on text.  They make billions of calculations to correctly interpret text and also generate textual responses. In fact, ChatGPT is so good at this that it is almost impossible to believe that it has no idea what it is doing. LLM’s do not understand your question and they do not understand their own answers. It is just math.

That is also where the fundamental problem is for using tools like ChatGPT, or Bard, or Claude or whatever. They mimic understanding so well, and generate responses with so much confidence that it is easy to be fooled and forget that the models themselves have no idea what they are typing. And since they are trained with openly available online datasets, mostly conversations on social media, it is impossible, even for themselves to know for sure that they are citing credible sources. LLM’s have access to all information, but have none of the wisdom.

If it is not possible to guarantee that you are providing correct and up-to-date information, a tool is not suitable to be implemented. This shortcoming means that it will be quite a while before a reliable AI health chat will be released. The only example so far was not much of a success.

AI is not ready
So, you can relax. The other NGO’s are not way ahead of you. Most likely they just have more confidence (or ignorance, or both actually) than you in selling their digital interventions as ‘AI’.

This does not mean that AI is not already affecting the way you (should) work. First of all, just because SRHR professionals can currently not use AI powered chatbots yet because of quality issues, does not mean that our target audiences also don’t use them. This might mean that they are getting incorrect information. And different AI techniques make it possible to easily spread reliable looking disinformation as well. It’s important for health promoting organisations to work together to form trusted brands where people know that they can turn to get help and information of the highest quality.

But not everything about AI is currently alarming. There are many good uses for AI in general, but specifically ChatGPT if you are working in the SRHR/NGO sector. I will tell you how you can start using it in my next blog.

Headerimage by Open AI Images

Promptschrijver

De eerste euforie of blinde paniek, ligt er maar net aan wie je spreekt, is wat weggezakt. En we kunnen wat rustiger naar een tool als ChatGPT kijken. Dit is duidelijk nog niet het ding dat de wereld gaat veroveren. Een stuk techniek dat over vrijwel alle kennis, maar geen enkele wijsheid beschikt. Zonder ook maar iets te begrijpen van wat het (of ‘dat’ het is) is, of waar het mee bezig is. Een gigantische reeks enen en nullen die langs, zo heb ik mij laten vertellen, relatief eenvoudige rekensommetjes worden gegooid. Maar daar dan ook wel weer duizelingwekkend veel van. Maar het is al wel een prachtige tool om je te helpen bij het verkennen van ideeën.

Hoe ChatGPT en andere AI’s onze wereld gaan veranderen weten we nog niet. Het zal sommige banen over gaan nemen, maar ook wel weer nieuwe creëren. Één nieuwe baan is er al. Eentje met een prachtige naam; ‘promptschrijver’.

Een promptschrijver is iemand die heel goed opdrachten kan formuleren zodat een AI als ChatGPT produceert wat je wil dat het produceert. Je kan daarvoor schrijfregels aanleren zoals ‘formuleer je prompt in positieve termen en niet in negatieve termen’. Maar er zit ook nog een poëtische laag aan waarbij een specifieke mix van tekstuele ingrediënten plotseling een onverwacht resultaat geven. En een groot deel van kunst is dat je de schoonheid ziet in het onverwachte.

Wat mooi is aan ChatGPT is dat je heel snel resultaat ziet van wat je prompt doet. Of het leidt tot verbetering of niet. ChatGPT heeft geen ego, het verwerkt gewoon de input tot een output.
Promptschrijvers ontdekten een prachtige prompt die tot veel betere resultaten leidt. Maar volgens mij werkt deze ook bij mensen, we zouden het wel eens wat vaker mogen gebruiken;

“Doe nog niets. Vertel me eerst wat je denkt dat ik je gevraagd heb en vertel me wat er nog niet helder of verwarrend aan is.”

Xenosifisering & meer

Het moment waarop je na een vakantie Nederland weer binnenkomt is toch altijd even slikken. Zeker wanneer je de verschillende natuurrampen die we de afgelopen decennia met elkaar hebben veroorzaakt hebt weten te omzeilen.

De koude douche was voor mij dit jaar wat heviger dan voorgaande jaren. Ik kwam Nederland binnen via de snelweg tussen Antwerpen en Eindhoven en, soms zijn de omstandigheden nu eenmaal zo, we maakten een stop bij de allereerste mogelijkheid na de grens. Een deprimerend stuk asfalt vol vrachtwagens en caravans. Hier en daar onderbroken door een strook nepnatuur en een benzinestation. Dat was ook wel ingecalculeerd. Waar ik niet op rekende was de tekst op zijkant van dat benzinestation, MOMENTS & MORE.

Beroepstrots

Ik ben geen copywriter. En ik voel weinig professionele trots wanneer het gaat over het vak. Maar hier werd ik toch wel pissig van. Er is iemand die geld verdient in mijn beroepsveld die ermee weg is gekomen om Moments & More op dit stuk muur te laten plakken. Er is iemand betaald om het dieptepunt in de Xenosifisering van Nederland op nog geen kilometer van de Belgische grens in het gezicht van de argeloze automobilist te slingeren. Momenten en meer? Wat de fok? Hoezo momenten? Wat vertel je me? Wat moet je van me?

Je core business is ook maar een mening

De & more-ziekte van de Nederlandse middenstander is natuurlijk niet nieuw. Die heeft zich gestaag als een soa over winkelruiten en lichtbakken door heel Nederland verspreid. De bakker, de kapper, de belastingadviseur, allemaal willen ze laten weten dat ze meer doen dan datgene waarvan wij – oh domme potentiële klant – denken dat ze doen. Prima hoor, het is jouw winkel uiteindelijk. Maar in plaats van er over na te denken wat dat meer precies inhoudt, wat de relevantie daarvan voor de klant is en hoe je dat vervolgens scherp formuleert bellen ze meteen hun lokale reclamemaker. Zo eentje met passie voor reclame. Die heeft geen verstand van communicatie, maar wél van de kassa. En die stelt de noodzakelijke vragen ook niet maar verkoopt meteen de toevoeging & more voor op de gevel. Bread & More, Haircuts & More, Finance & More’. Gaaf toch? Zeg je alles mee. Kun je alle kanten mee op ook. En Engels is beter dan Nederlands, dat is gewoon zo. De Xenos verkoopt toch ook geen bordjes met Slaap lekker voor boven je bed, of wel?

Less is more

Maar dan zo’n benzinestation met parkeerplaats langs de snelweg. Hoe ging dat creatieve denkproces? Ze verkopen benzine maar ook gefrituurde dingen. Ze bieden toegang tot het riool en openbare ruimte waar je een vertrapt energiedrankblikje kunt achterlaten. De gepassioneerde reclamemaker: “Al die mensen zijn daar om momenten met elkaar te beleven. Dát is je core!” Benzinestation-bezitter vervolgens: “Ja oké, maar we doen ook nog meer hè!”

Een paar dagen nadat de stickeraar is geweest komen wij daar. Overal peuken en verpakkingen. Het stinkt er naar snelweg en urine. Alles wat je er kunt kopen is duur en vies. Iedereen die je tegenkomt is gehaast, moe en chagrijnig. Kortom, je bent er niet voor je lol. Hoe minder moments je daar beleeft, des te beter. Moments? Less is more. We zijn weer thuis.

Sorry, mevrouw Kaag

Krijg je als land de leiders die je verdient? In tegenstelling tot Hoekstra (vond zichzelf -terecht- niet geschikt) of Rutte (geen actieve herinnering aan ethisch leiderschap) stopt Kaag ermee vanwege de giftige maatschappij die we gecreëerd hebben met elkaar. Waarin het oké is om een vrouwelijke leider af te schilderen als heks. Gewoon omdat je te dom bent om te snappen waar ze het over heeft of omdat je een onzeker mannetje bent met piemel-issues of whatever. Waarin het oké is om kinderen van ministers in hun eigen huis doodsbang te maken en ze vervolgens uit te lachen. Gewoon omdat je een lompe egoïst bent die vindt dat democratische besluitvorming alleen geldt als jij er voordeel van hebt.

Dat gif is niet ontstaan doordat we het niet goed hebben hier. We zijn leven zo ongeveer in de beste tijd en op de beste de plek in de menselijke geschiedenis.

100.000 sneuneuzen

Maar mensen die nogal bevattelijk zijn voor negatieve beïnvloeding zien dat anders. Omdat er door veel bedrijven goed verdiend wordt aan negatieve beïnvloeding. Omdat je met complotten en desinformatie ook advertenties kunt laten zien en spulletjes verkopen. Omdat je met een miljoen dagelijkse gebruikers, ook al zijn het eigenlijk 100.000 sneuneuzen en 900.000 bots een hele hoop investment funding op kunt halen. Scheelt ook weer belasting betalen voor die investeerders trouwens.

Animal Farm

Het lijkt of de schreeuwers aan het winnen zijn, maar het is vee in de neo-liberale stallen. Eerst helemaal leegmelken, daarna onverdooft slachten. Terwijl ze elkaar de staart afbijten zien ze de boer als hun vriend. Die geeft hen immers eten, net zoals de vrije markt ons iPhones, Heineken, Twitter en Mora bitterballen gaf.

Het boek Animal Farm schetst een maatschappij onder een totalitair regime. Wij, arrogante westerlingen, dachten daarbij altijd aan een land als China. Met openlijke onderdrukking. Het vrije marktmechanisme heeft ontdekt dat je er meer aan kan verdienen als je het stiekem doet. Onderdrukking verpakt als persoonlijke vrijheid, censuur verpakt als het vrijheid van meningsuiting. Mensen als Sigrid Kaag worden weggepest door varkens die te dom zijn om te zien dat de staldeuren open staan.

Afbeelding door Open,ai